Kloof overbrugd

ISI is als lid aangesloten bij de Koninklijke Metaalunie en daarmee conformeren wij ons aan de CAO voor het Metaalbewerkingsbedrijf.

foto voor cao

 

De CAO liep af op 28 februari 2015. De kloof tussen de diverse onderhandelingspartijen is uiteindelijk op 13 oktober jl. overbrugd. De nieuwe CAO loopt van 1 maart 2015 tot 1 mei 2017.

Een aantal van de belangrijkste wijzigingen staan hieronder:

 

Salarisverhoging

In het akkoord is afgesproken dat het salaris verhoogd zal worden met 4,05%. Dit zal gefaseerd in werking treden.

  • per 1 december 2015 een verhoging van 1,75%
  • per 1 juli 2016 een verhoging van 1,75%
  • per 1 januari 2017 een verhoging van 0,55%

Tevens per 1 februari 2016 een eenmalige uitkering van 0,65 procent.

Proeftijd

  • Er wordt een proeftijdbeding van 2 maanden mogelijk in contracten voor bepaalde tijd langer dan 6 maanden. Dit in afwijking van de Wet Werk en Zekerheid.

Vakantie/seniorendagen

  • De leeftijd waarop seniorendagen worden verworven gaat van 50 naar 53 jaar per 1 januari 2017.
  • Vanaf 1 januari 2017 geldt 1 vakantiedag extra. Deze vakantiedag mag de werkgever (af)kopen.

 CAO akkoord nader beschouwd door Jos Kleiboer, Directeur Beleid van de Koninklijke Metaalunie:

  • “Al met al een cao akkoord waar we mee vooruit kunnen. Het geeft rust en zekerheid tot halverwege 2017, de loonparagraaf is in lijn met het gemiddelde in de industrie en we hebben eindelijk een stap gezet op het gebied van seniorendagen. Het is een akkoord met plussen en minnen, waarbij ik ook besef dat de betere economische tijden pas voorzichtig aan de horizon gloren.”
  • “Als we naar de reacties kijken, dan zien we opluchting over het beëindigen van de onrustige en vooral onzekere periode. De cao kent een lange looptijd van 26 maanden, die zelfs wat langer is dan normaal. In die periode stijgen de lonen met gemiddeld 1,87% op jaarbasis. Dat is best stevig, zeker gezien de lage inflatie van dit moment, maar loopt in de pas met het gemiddelde van de Nederlandse industrie. Dat ligt op 1,8% volgens de AWVN. In de kranten lezen we ook andere cijfers, zo rond de 1,5%, maar daar zitten sectoren tussen die beduidend minder presteren dan de Nederlandse industrie. Naast de loonsverhoging is er extra aandacht aan jongeren met een vakdiploma besteed. Een groep die belangrijk is voor de toekomst van de sector en die we moeten behouden naar de toekomst toe.”
  • “Als we naar de inhoudelijke afspraken kijken, dan springt vooral de afspraak in het oog over het verschuiven van de extra vrije dagen voor oudere werknemers naar latere leeftijd. Dat is een punt waar wij zwaar op hebben ingezet in de afgelopen jaren en waar we eindelijk een forse eerste stap hebben gezet. De startleeftijd schuift naar 53 jaar en het zwaartepunt van de extra dagen ligt aan het einde van de loopbaan van onze vakmensen, wanneer ze echt nodig zijn. Tevens krijgt de werkgever meer zeggenschap over de opname van de dagen en is er geen opbouw bij langdurige arbeidsongeschiktheid.”
  • “Als laatste hebben we ook weer een stukje flexibiliteit teruggebracht, die was beperkt door het nieuwe ontslagrecht. In contracten voor bepaalde tijd, die langer duren dan zes maanden, kan weer een proeftijd van twee maanden worden gehanteerd in plaats van één maand. Dat geeft net wat meer ruimte bij het aannemen van nieuwe vakkrachten.”